Een bosreservaat wordt in Nederland gedefinieerd als een bosgebied van 5 tot ruim 400 ha groot, waarvan met de beheerder is afgesproken dat er geen houtoogst of bosbeheer plaatsvindt. Zo kan er een natuurlijke ontwikkeling van het bos plaatsvinden. Onderzoekers kunnen zo de spontane vegetatieontwikkeling over lange termijn volgen.
Vlaanderen
In Vlaanderen wordt een bosreservaat in het Bosdecreet omschreven als een biologisch of wetenschappelijk waardevol bosgebied dat een ecologische en/of wetenschappelijke functie vervult (art. 22 van het Bosdecreet). Er wordt een onderscheid gemaakt tussen integrale bosreservaten (waar geen menselijke ingrepen meer worden uitgevoerd) en gerichte bosreservaten (met aangepast beheer om bepaalde natuurwaarden te behouden of creëren).[1][2]
Bosreservaten zijn in Nederland vooral bedoeld voor wetenschappelijk lange termijn onderzoek. Het bos ontwikkelt zich autonoom, er wordt op geen enkele wijze beheersmatig ingegrepen. Tot de instelling is in 1987 besloten door het toenmalige Ministerie van Landbouw en Visserij. Vooruitlopend op de officiële instelling zijn in 1983 de eerste vijf reservaten aangewezen en in 2000 werd het zestigste en laatste reservaat ingesteld. Aanleiding was de behoefte aan meer gemengd en natuurlijker bos in Nederland. Hiervoor was meer kennis nodig van de natuurlijke processen in bos en hoe de beheerder deze kan gebruiken. Onderzoek naar vegetatiestructuur van het bos, bodemvorming en successie in de vegetatie speelt bij het wetenschappelijk onderzoek een belangrijke rol. Het onderzoek wordt gecoördineerd door Alterra-Wageningen UR. De bedoeling was ieder bos elke 10 jaar op te meten. [8]
De zestig reservaten vertegenwoordigen de uiteenlopende bosgemeenschappen die Nederland kent. Ze zijn geografisch sterk gespreid over het land; alleen de provincie Zeeland heeft geen bosreservaat. Vrijwel alle reservaten liggen in grotere bos- en natuurgebieden; 42 reservaten maken onderdeel uit van een Natura 2000-gebied. De meeste bosreservaten liggen in eigendommen van Staatsbosbeheer (39), gevolgd door Natuurmonumenten (9).[9][10]
Starnumansbos, in het Gaasterland, tussen Kippenburg en Ruigahuizen. Het is 107 ha groot en aangeplant als productiebos voor eikenhakhout, dat werd gebruikt voor leerlooierijen en als stookhout. 53,3 ha hiervan is bosreservaat. Het is representatief voor het berken-eikenbos.
De Imboschberg. Dit reservaat maakt onderdeel uit van Imbosch op de Veluwe. Het bestaat voor de helft uit bos en voor de andere helft uit heide. Dit reservaat beslaat 374,1 ha. Het werd in 1999 ingesteld. Het is karakteristiek voor een droog beuken-eikenbos.
Grote Weiland te Hierden. Dit bosreservaat is representatief voor het elzenrijk essen-iepenbos. Het is eigendom van Natuurmonumenten, die het aankocht in 1975. Het heeft een oppervlakte van 34,4 ha. In 1945 is het beplant met populier en els. De populieren stierven uiteindelijk af.
De Heul, in Boswachterij Leersum. Dit is ingesteld in 1998. Het beslaat 63,1 ha. Het bestaat voornamelijk uit grove den en ander naaldhout. Het is karakteristiek voor een droog beuken-eikenbos.
Het Wilgenreservaat aan de Knardijk. Dit bos van 63,6 ha is een representant van het elzenrijk essen-iepenbos.
Noord-Holland
Het Pilotenbos bij Amstelveen is een deel van het Amsterdamse Bos ten zuiden van de Grote Vijver. Dit is tot bosreservaat aangewezen om de ontwikkeling tot natuurlijk droog essen-iepenbos te kunnen volgen. Het is 13,9 ha groot.
Leyduin-Vinkenduin. Dit is een binnenduinrandbos bij Vogelenzang. Het beslaat 51,8 ha en is eigendom van Landschap Noord-Holland. Het is karakteristiek voor een droog wintereiken-beukenbos. Er komen oude bossoorten en ook stinsenflora voor.
Drieduin 1, 2, en 3 in Boswachterij Schoorl. Deze drie reservaten beslaan respectievelijk 22,2, 20,2 en 28 ha. Ze zijn representatief voor het dennenbos, het berkenbos en het berken-eikenbos.
De Horsten, te Wassenaar. Een bos van meer dan 200 jaar oud. Het maakt deel uit van het Koninklijk Landgoed De Horsten, wat een samenvoeging is van de landgoederen Raaphorst, Eikenhorst en Ter Horst. Het werd aangewezen in 1997. Het beslaat 47,8 ha en is een voorbeeld van een ruigt-elzenbos.
Oude Kat is een gebied in de Hollandse Biesbosch ten zuiden van Sliedrecht, dat alleen per boot te bereiken is. Het heeft een oppervlakte van 46,5 ha en vertegenwoordigt het elzenrijk-essen-iepenbos.
Noord-Brabant
Landgoed Mattemburgh bij Bergen op Zoom kent een bosgebied waar al meer dan een eeuw geen onderhoud meer plaatsvindt. Het beslaat 105,7 ha en vertegenwoordigt het droog beuken-eikenbos.
Grootvenbos te Deurne. Dit bosreservaat met een oppervlakte van 30,3 ha ligt in het natuurreservaat de Deurnse Peel bij Griendtsveen. Het bestaat vooral uit berken, zomereiken en wilgen. Het vertegenwoordigt het elzen-berkenbos.
Smalbroeken bij Lennisheuvel. Het betreft een vochtig gebied van 88,9 ha waardoor de Beerze stroomt. Het ligt bij de Kampina en vertegenwoordigt het elzen-eikenbos.
Vijlenerbos. Dit is een groot boscomplex bij Epen en Vaals, met grote hoogteverschillen en een bijzondere flora en fauna. 22 ha hiervan is bosreservaat. Het vertegenwoordigt het veldbies-beukenbos.
↑Bijlsma, R.J., 2008. Bosreservaten: koplopers in de natuurlijke ontwikkeling van het Nederlandse boslandschap. Alterra, Wageningen, Alterra-rapport 1680.