Een internationale grenscommissie moest de definitieve grens tussen de twee landen vastleggen. Hoewel beiden
vooraf hadden ingestemd de beslissing van die commissie te zullen aanvaarden weigerde Ethiopië dit. Het land
weigerde ook de beslissing van het Internationaal Gerechtshof over de grens te aanvaarden. Intussen verliep
de medewerking van Eritrea aan de missie stroef. UNMEE werd tegengewerkt, kreeg tegen 2008 geen brandstof
meer geleverd vanuit Eritrea en werd ook het land uit gezet. Daarom besloot de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
de missie stop te zetten.
Mandaat
In 2000 leidden onrechtstreekse gesprekken tussen beide partijen tot een akkoord over de beëindiging van de
vijandelijkheden. UNMEE werd gecreëerd om toe te zien op het
staakt-het-vuren en op de veiligheidszone in de grensstreek. Het mandaat was:
Toezien op de beëindiging van de vijandelijkheden,
De partijen helpen met het uitvoeren van de overeengekomen veiligheidsregelingen,
Toezien op de terugtrekking van Ethiopische troepen van de posities die ze na 6 februari1999 innamen en die voor 6 mei1998 niet onder Ethiopisch bestuur vielen,
Vervolgens toezien op hun nieuwe posities,
Toezien op de terugtrekking van Eritrese troepen tot 25 kilometer van de veiligheidszone,
Toezien op die veiligheidszone,
De krachtens het akkoord door de VN en de OAE in het leven geroepen Militaire Coördinatiecommissie voorzitten,
Humanitaire mijnactiviteiten in en rond de veiligheidszone coördineren en ondersteunen,