Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is een Nederlandsministerie. Zoals de naam van het ministerie al aangeeft, heeft het drie grote beleidsterreinen: onderwijs, wetenschap (inclusief het hoger onderwijs) en cultuurbeleid (inclusief media). Daarnaast is het ministerie sinds 2012 verantwoordelijk voor het emancipatiebeleid.
1994-2003 Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OC&W)
2003-heden Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)[1]
Doelstelling in eigen woorden
Volgens het ministerie wil OCW 'dat iedereen goed onderwijs volgt en zich voorbereidt op zelfstandigheid en verantwoordelijkheid'. Daarnaast moeten 'leraren hun werk kunnen doen'. Wat betreft cultuur wil het ministerie dat 'iedereen cultuur kan beleven' met als toevoeging dat ook 'kunstenaars hun werk kunnen doen'. Wat betreft wetenschap zegt het ministerie slechts te willen dat ook 'wetenschappers hun werk kunnen doen'. In de woorden van het ministerie is het samenvattend doel 'werken aan een slim, vaardig en creatief Nederland".[2]
Cultuur
Cultuurbeleid
Tijdens het kabinet-Balkenende IV lag de nadruk op het stimuleren van 'excellentie'. In de kabinetsperiode 2003-2006 richtte Medy van der Laan zich op 'cultuur en economie', beleid dat zij samen met ambtsgenoot Laurens Jan Brinkhorst (D66) van Economische Zaken initieerde. In de kabinetsperiode 1998-2002 richtte Rick van der Ploeg (PvdA) zich op culturele diversiteit, in de kabinetsperiode 1994-1998 lag het accent onder Aad Nuis (D66) op 'cultuur en school', en in de periode 1989-1994 markeerde Hedy d'Ancona (PvdA) haar cultuurbeleid door het Deltaplan voor Cultuurbehoud.
Voor professionele ondersteuning in de culturele sector en als kennis- en informatiecentra waren er de sectorinstituten (voorheen genreinstituten), zoals het Theater Instituut Nederland en het Muziek Centrum Nederland, die beide eind 2012 zijn opgeheven.
Cultuurfondsen
Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft een aantal fondsen opgericht die projectsubsidies uitkeren. Een fonds is een administratief orgaan; als bestuursorganen zijn fondsen instrumenten waarmee de overheid op afstand uitvoering geeft aan beleidsonderdelen. In Nederland zijn er zes cultuurfondsen (met bedragen voor rijkssubsidie anno 2010): Fonds Podiumkunsten (61 miljoen euro), Nederlands Filmfonds (35 miljoen), Mondriaan Fonds (27 miljoen), Fonds voor Cultuurparticipatie (18 miljoen), Nederlands Letterenfonds (10 miljoen), en Stimuleringsfonds Creatieve Industrie (2 miljoen).
Cultuurbudget
In 2010 besteedt het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zo'n 900 miljoen euro aan cultuur, i.e. 0,8% van de rijksbegroting en 0,4% van de collectieve uitgaven. Circa 550 miljoen euro gaat ervan naar grote musea en orkesten, kunstinstellingen van structureel belang (basisinfrastructuur) en cultuurfondsen.[3]
Onderwijs
Het ministerie is verantwoordelijk voor het gehele onderwijs: het primair, het voortgezet en het hoger onderwijs inclusief het beroepsonderwijs en volwasseneneducatie, en inclusief het agrarisch onderwijs of 'groen onderwijs', dat eerder viel onder het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en de voorgangers daarvan. Ook studiefinanciering is beleidsterrein.
Wetenschap
Het ministerie is verantwoordelijk voor het Nederlandse onderzoek en het wetenschapsbeleid, exclusief het op innovatie gerichte onderzoek dat onder het ministerie van Economische Zaken valt.
Organisatie
Het ministerie heeft drie directoraten-generaal met onderliggende directies:
Hoger onderwijs, beroeps- en volwasseneneducatie, wetenschap en emancipatiebeleid (DGHBWE)
Knippenberg, H. en W. van der Ham, Een bron van aanhoudende zorg. 75 jaar ministerie van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen 1918-1993 (Assen 1993).
Kuyvenhoven, Fransje, De Staat koopt kunst. De geschiedenis van de collectie 20ste-eeuwst kunst van het ministerie van OCW 1932-1992, Amsterdam/Leiden 2007
↑Kammer, Claudia, 2010, "We moeten goed kijken of het niet efficiënter kan"; Cultuurpolitiek: Bij de dreigende bezuinigingen op kunst kunnen cultuurfondsen het eerste doelwit zijn. Wat dan?, NRC Handelsblad, 27 augustus 2010.