In de bijna 800 jaar waarin Portugal een monarchie was, bezaten de koningen verscheidene titels en aanspraken, waaronder de titel Koning van de Algarve. Twee koningen van Portugal, Ferdinand I en Alfons V, maakten ook aanspraak op de Kroon van Castilië. Toen het Huis Habsburg aan de macht kwam, werden de koningen van Spanje en Napels ook koningen van Portugal. Het Huis Bragança bezorgde de Portugese Kroon nog enkele titels, zoals koning van Brazilië en daarna keizer van Brazilië.
Na de ondergang van de Portugese monarchie in 1910, had Portugal bijna zijn monarchie hersteld in een revolutie die bekendstaat als de Monarchie van het Noorden, hoewel de poging tot restauratie maar een maand duurde totdat ze werd onderdrukt. Met de dood van Emanuel II, werd de Miguelistische tak van het Huis Bragança de troonpretendent van de troon van Portugal. Zij werden allemaal uitgeroepen tot koning van Portugal door monarchistische groepen. Dit is zuiver symbolisch en niemand kan koning van Portugal worden behalve als ze worden uitgeroepen door de Portugese staat en het parlement. De Portugese regering verklaart dat de huidige vertegenwoordiger van het Huis Bragança, Duarte Pio van Bragança, de legitieme opvolger is van de koningen van Portugal, maar erkent hem alleen als hertog van Bragança en niet als koning.
De monarchen van Portugal stamden allemaal af van één voorouder, Alfons I van Portugal, hoewel directe lijnen wel soms zijn uitgestorven. Hierdoor zijn er verscheidene koningshuizen aan de macht gekomen in Portugal, hoewel ze wel allemaal Portugese koninklijke afstammingen hebben. Deze huizen zijn:
Het Huis Bourgondië, bekend als de Alfonsijnse Dynastie, was het stichtende huis van het koninkrijk Portugal. Voor de onafhankelijkheid van Portugal regeerde het huis over het feodale graafschap Portugal van het koninkrijk Galicië. Toen Alfons I Henriques Portugal onafhankelijk verklaarde, vormde hij de familie om van een grafelijk huis tot een koninklijk huis dat Portugal meer dan twee eeuwen lang zou regeren. Toen Ferdinand I stierf, ontstond er een successiecrisis en de dochter van Ferdinand, Beatrix van Portugal, werd uitgeroepen tot koningin en haar man Johan I van Castilië tot koning via de rechten van zijn vrouw. Haar legitimiteit als monarch wordt betwist.
Het Huis Aviz, bekend als de Joanijnse Dynastie, volgde het Huis Bourgondië op als regerend huis van het koninkrijk Portugal. Het huis werd gesticht door Johan I van Portugal, die Grootmeester was van de Orde van Aviz. Toen koning Johan II stierf zonder opvolger, ging de troon naar zijn neef, Emanuel. Toen koning Sebastiaan van Portugal stierf ging de troon naar zijn oom, Hendrik van Portugal. Toen Hendrik stierf, kwam er een successiecrisis en werd Anton van Crato uitgeroepen tot Anton van Portugal. Zijn legitimiteit als monarch wordt betwist.
Het Huis Habsburg, bekend als de Filipijnse Dynastie, is het huis dat regeerde over Portugal van 1581 tot 1640. Dit begon met de uitroeping van Filips II van Spanje tot Filips I van Portugal in 1580, en de officiële erkenning door de Portugese Cortes van Tomar in 1581. Filips I beloofde over Portugal te heersen als een koninkrijk gescheiden van Spanje, onder de personele unie die bekendstaat als de Iberische Unie.
Het Huis Bragança, dat bekendstaat als de Brigantijse dynastie, kwam aan de macht in 1640. Hertog Johan II van Bragança claimde dat hij de rechtmatige erfgenaam was van het Huis Aviz en werd uitgeroepen tot koning Johan IV van Portugal, waarop hij het Huis Habsburg afzette in de Portugese Restauratieoorlog.
Michael was een jongere broer van de Portugese koning Peter IV ook keizer van Brazilië. In 1828 greep hij de macht en zette zijn nichtje Maria II af, en riep de absolute monarchie uit. In 1834 werd hij afgezet door Maria II met hulp van haar vader, de ex-keizer van Brazilië.
In 1834 werd Maria opnieuw koningin. Ze trad eerst in het huwelijk met August van Leuchtenberg, die stierf datzelfde jaar. In 1837 trad ze in het huwelijk met Ferdinand van Saksen-Coburg-Gotha, later koning-gemaal van Portugal en regent voor Peter V.
Hij werd na de plotselinge dood van zijn moeder koning, hij was toen 16 jaar. Ook hij stierf plotseling in 1861. Ook zijn broers Ferdinand Maria en Johan Maria stierven in dat jaar.
Emanuel werd na de dood van zijn vader en oudere broer koning van Portugal. Twee jaar later deed hij afstand van de regering en werd verbannen naar het buitenland.