De vegetatiestructuur van plantengemeenschappen uit het tandzaad-verbond wordt gekenmerkt door een dominante, lage kruidlaag, waarin kruidachtigetherofyten de boventoon voeren en het hoofdbestanddeel van de vegetatie vormen. In sommige gemeenschappen kunnen ook zeer kleine kiemende wilgen in de kruidlaag aanwezig zijn. Een moslaag is maar bij enkele syntaxa uit het verbond aanwezig, zoals in de slijkgroen-associatie.
Ecologie
Het tandzaad-verbond omvat pioniervegetatie op eutrofe standplaatsen die in de winter doorgaans onder water staan en in de zomer en/of herfst tijdelijk droogvallen, maar wel vochtig blijven.