De grafiek en tabel geven het gemiddeld aantal instappende reizigers weer op een week-, zater- en zondag.[2]
Tabel: aantal instappende reizigers station Aat
Weekdag
Zaterdag
Zondag
1977
6 058
1 056
874
1978
5 891
1 099
794
1979
6 028
1 136
818
1980
5 787
936
799
1981
5 723
1 025
751
1982
5 031
825
750
1983
6 289
740
727
1984
5 602
786
820
1985
5 629
1 000
894
1986
5 992
768
698
1987
4 844
836
779
1988
5 725
791
863
1989
5 631
863
776
1990
5 019
883
883
1991
5 486
839
780
1992
5 045
818
803
1993
5 021
688
685
1994
5 264
999
954
1995
4 864
735
773
1996
5 240
650
493
1997
5 338
938
865
1998
4 842
1 039
1 078
1999
4 729
845
650
2000
4 623
958
883
2001
4 680
820
798
2002
4 409
904
872
2003
4 972
960
958
2004
4 536
946
868
2005
4 873
1 160
1 057
2006
5 236
1 004
1 078
2007
5 018
1 092
1 120
2008
-
-
-
2009
4 693
952
976
2010
-
-
-
2011
-
-
-
2012
5 221
1 068
1 100
2013
5 483
1 001
806
2014
5 745
1 245
1 060
2015
5 339
928
937
2016
5 426
1 330
1 326
2017
5 614
1 489
1 705
2018
5 334
3 120
2 593
2019
5 256
1 592
1 712
2020
3 665
1 699
1 860
2021
-
-
-
2022
5 063
1 831
1 529
2023
4 287
2 385
2 455
Bronnen, noten en/of referenties
↑De bron voor de gegevens is NMBS – Reizigerstellingen. De tellingen worden meestal uitgevoerd in de maand oktober: gedurende 9 opeenvolgende dagen (5 werkdagen en de 2 omliggende weekends) worden dan door het stations- en treinbegeleidingspersoneel visuele tellingen verricht. De methode bestaat erin het aantal in- en uitstappende reizigers te tellen in alle stations en stopplaatsen en dit voor alle treinen van het binnenlands verkeer. Het getal naast het kopje 'weekdag' slaat op het gemiddeld aantal opstappende (dus niet het aantal afstappende) reizigers op een weekdag (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag opgeteld gedeeld door vijf), zaterdag en zondag staan apart vermeld. De cijfers geven een indicatie en hebben een foutenmarge, die in sommige gevallen aanzienlijk kan zijn.
↑De bron voor de gegevens zijn de jaarlijks door de NMBS in oktober uitgevoerde reizigerstellingen. Stationspersoneel en treinbegeleiders tellen dan visueel gedurende negen opeenvolgende dagen (vijf werkdagen en de twee aansluitende weekends) in alle stations en stopplaatsen het aantal instappende reizigers en dit voor alle binnenlandse treinen. De groene balk geeft het gemiddeld aantal opstappende (dus niet het aantal afstappende) reizigers weer op een weekdag (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag opgeteld en gedeeld door vijf). Zaterdag wordt weergegeven door de blauwe en zondag door de rode balk. De cijfers geven een indicatie en hebben een foutenmarge, die in sommige gevallen aanzienlijk kan zijn. In 2008, 2010, 2011 en 2021 (corona) werden geen tellingen uitgevoerd. De gegevens zijn online raadpleegbaar, zoekterm Reizigerstellingen