Het bisdom zou in de 6e eeuw gesticht zijn door de legendarische heilige Paulinus Aurelianus, die afkomstig was van de Britse eilanden. In die periode vestigden zich Bretonnen van over Het Kanaal in Bretagne. Zij waren al gekerstend en stichtten bisdommen. Het bisdom Léon omvatte het noordelijk deel van Finistère. In de 13e eeuw werd de gotische kathedraal gebouwd op de plaats van een oudere, romaanse kerk. Tot de Franse Revolutie draaide het leven in Saint-Pol voornamelijk rond de bisschopszetel. Er waren een priesterseminarie (1679) en een karmelietenklooster. Er was ook een vissershaven die in de 18e eeuw haar hoogtepunt bereikte. Na de afschaffing van het bisdom bij het Concordaat van 1801 ging het economisch en cultureel bergaf met de stad. Gustave Flaubert noemde Saint-Pol in 1847 een dode stad.
Daar kwam verandering in met de komst van de spoorweg (1883). Saint-Pol werd een belangrijke marktplaats voor groenten. Vanuit de haven werden groenten ook geëxporteerd en de stad kreeg zelfs de bijnaam van wereldhoofdstad van de artisjok, mede dankzij de variëteit Prince de Bretagne die er werd gekweekt.[2]
Geografie
De oppervlakte van Saint-Pol-de-Léon bedroeg op 1 januari 2022 23,43 vierkante kilometer; de bevolkingsdichtheid was toen 292 inwoners per km².
Saint-Pol-de-Léon ligt aan de Baai van Morlaix. De Baai van Pempoul vormt de haven van de stad.
Demografie
Onderstaande figuur toont het verloop van het inwonertal, bron: INSEE-tellingen.