De stad is gesticht in 1221 en de naam betekent letterlijk lage nieuwe stad, onder verwijzing naar de oudere stad Novgorod (= nieuwe stad). De stichter is vorst Joeri Vsevolodovitsj van Vladimir. De stad ligt op de plaats waar de rivieren Oka en Wolga samenkomen en werd aangelegd als belangrijk bolwerk ter bescherming van de landsgrens. Het kremlin-fort was zeer gunstig gelegen vanwege de grote natuurlijke gracht die door beide rivieren werd gevormd.
In 1817 werd de Markt, een van de levendigste ter wereld, overgebracht naar Nizjni Novgorod, en begon jaarlijks miljoenen bezoekers te trekken. Tegen het midden van de 19e eeuw was de stad stevig gevestigd als de handelshoofdstad van het Keizerrijk Rusland. 's Werelds eerste radio-ontvanger door ingenieur Alexandr Popov en 's werelds eerste hyperboloïde gebouw en roosterschalenbekleding door ingenieur Vladimir Sjoechov werden gedemonstreerd op de industriële en Heel-Russische tentoonstelling in 1896. Volgens officiële imperiale Russische statistieken was de bevolking van Nizjni Novgorod vanaf 14 januari 1913 97.000 inwoners.
Moskou is het hart van Rusland, Sint-Petersburg is het hoofd en Nizjni Novgorod is de portemonnee.
Tot aan de Oktoberrevolutie was Nizjni Novgorod een belangrijke stad vanwege de Markt die eenmaal per jaar werd gehouden in juli en waar een groot deel van de goederen die in Rusland werden geproduceerd, werd verkocht. Nadat Maksim Gorki, die er werd geboren, in 1932 officieel als proletarische sovjetschrijver was erkend, werd de stad door Jozef Stalin omgedoopt in Gorki. In 1991 werd de oude naam in ere hersteld.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Gorki een van de belangrijkste producenten van militair materieel en munitie aan de front. De Luftwaffe bombardeerde de stad van 1941 tot 1943. De Automobielfabriek werd het meest getroffen. Er vielen 33.934 bommen op de fabriek. Na de oorlog werd Gorki onderscheiden met de Orde van Lenin en werd een gesloten stad, die door buitenlanders niet bezocht mocht worden. Reden hiervoor was de er gevestigde wapenindustrie, waar atoomonderzeeërs, gevechtsvliegtuigen, tanks en dergelijke werden geproduceerd. In 1992 werd de stad weer opengesteld.
In 1980 viel de atoomfysicus Andrej Sacharov bij het communistische regime in ongenade, nadat hij zich tegen de inval van Russische troepen in Afghanistan had uitgesproken. Hij werd uit Moskou verbannen en moest onder voortdurende bewaking van de KGB enige jaren in Gorki doorbrengen. In 1986 kreeg hij van presidentMichail Gorbatsjov toestemming om naar Moskou terug te keren. In de woning waar hij destijds leefde, is tegenwoordig het Sacharov-Museum gevestigd.
Vervoer
Nizjni Novgorod ligt hemelsbreed ongeveer 400 kilometer ten oosten van Moskou en kan vanuit de Russische hoofdstad gemakkelijk worden bereikt per nachttrein, auto of vliegtuig. De stad ligt aan de E22. Sinds december 2002 verbindt een snelle trein Moskou in minder dan vier uur met Nizjni Novgorod. Het snelwegennet in de regio is meer dan 20.000 kilometer lang, het spoorwegennet 1875 kilometer en de waterwegen 1250 kilometer. Nizjni Novgorod heeft een regelmatige vliegverbinding met een tiental Russische steden. Voor 2021 vlogen het Duitse Lufthansa en het Oostenrijkse Austrian driemaal per week op deze stad. In de zomer kunnen toeristen Nizjni Novgorod driemaal per week per passagiersboot bereiken vanuit Moskou en Sint-Petersburg.
Van toeristisch belang is vooral het kremlin van Nizjni Novgorod, maar ook de oude binnenstad, het park "Het Nizjni Novogorodse Zwitserland" ten zuiden van de binnenstad en "Strelka" (de Pijl), een uitzichtpunt aan de monding van de Oka in de Wolga, zijn bezienswaardig. Daarnaast zijn er diverse bezienswaardige gebouwen, waaronder de volgende.