Vande Lanotte werd van 1988 tot 1991 docent recht aan de Vrije Universiteit Brussel. In 1991 werd hij buitengewoon hoogleraar Grondwettelijk Recht en Mensenrechten aan de Rijksuniversiteit Gent. Hij werd ook vanaf 1991 diensthoofd voor het Vakgebied Grondwettelijk Recht aan de Universiteit Gent en vanaf 2004 directeur van het Human Rights Centre aan dezelfde universiteit en codirecteur van de International Human Rights Academy, een - intussen uitgedoofde - internationale mensenrechtencursus.
Doorheen de jaren bleef Vande Lanotte voortdurend actief op wetenschappelijk vlak, was hij promotor van vele scripties en studies, zat hij in de redactie van verscheidene gespecialiseerde tijdschriften en hield hij referaten op colloquia.
Hij was van 1986 tot 1987 advocaat aan de balie van Gent en was in 1989-1990 adjunct-auditeur en auditeur bij de Belgische Raad van State.
Politieke carrière
Vande Lanotte begon aan een politieke carrière als kabinetschef van minister van Binnenlandse Zaken Louis Tobback, een functie die hij uitoefende van 1988 tot 1991.
In 1991 werd hij voor de toenmalige SP verkozen in de Kamer van volksvertegenwoordigers, als verkozene voor het arrondissement Veurne-Diksmuide-Oostende. Hij vervulde het mandaat van Kamerlid tot in 2007, vanaf 1995 telkens onderbroken voor de duur van een federaal uitvoerend mandaat. Hij was vervolgens van 2007 tot 2014 rechtstreeks verkozen senator in de Senaat. Van 2009 tot zijn aanstelling als minister in 2011 was hij er fractieleider. Daarna was hij van 2014 tot 2017 opnieuw volksvertegenwoordiger.
Van 1994 tot 1998 was Vande Lanotte minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken in de Regering-Dehaene I en de Regering-Dehaene II. In de Regering-Dehaene II was hij vanaf 1995 vicepremier. In 1998 nam hij samen met minister van Justitie Stefaan De Clerck ontslag na de ontsnapping van pedofiel Marc Dutroux. In 1999 keerde hij terug naar de regering en werd hij tot in 2003 vicepremier en minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie in de Regering-Verhofstadt I. Vervolgens was hij van 2003 tot 2005 vicepremier en minister van Begroting en Overheidsbedrijven in de Regering-Verhofstadt II. In 2005 nam hij ontslag als minister om partijvoorzitter van de sp.a te worden. Hij bleef dit tot in 2007, toen hij ontslag nam door de grote verkiezingsnederlaag van de Vlaamse socialisten. In 2006 werd hij benoemd tot minister van Staat.
Op 21 oktober 2010 werd hij door koning Albert II aangesteld als reanimator om alsnog de federale regeringsformatie nieuw leven in te blazen. Hij kreeg van de vorst een drieledige opdracht mee: het herstellen van het vertrouwen tussen de 7 partijen; op basis van de koninklijke verduidelijker Bart De Wever, de bemiddelaars en de preformateur Elio Di Rupo verschillende hypothesen aangaande de financieringswet testen, teneinde de financiële gevolgen te voorspellen, in samenwerking met de Nationale Bank en het Federaal Planbureau; alle andere domeinen behandeld door de 7 onder ogen nemen. Op 24 november stelde hij zijn voorstel voor. 5 van de 7 partijen keurden dit voorstel goed als basis voor nieuwe onderhandelingen. Op 11 januari 2011 werd hij door Koning Albert II gevraagd om samen met Bart De Wever en Elio Di Rupo verder te onderhandelen met de 7 partijen. Op 26 januari 2011 werd duidelijk dat Vande Lanottes bemiddelingspogingen mislukt waren en diende hij zijn ontslag in bij de koning. Dit ontslag werd door de koning aanvaard. Op een persconferentie in de Senaat beschreef Vande Lanotte zijn opdracht met het Engelse spreekwoord: "You can lead a horse to water you can't make it drink" ("Je kunt paard wel naar water brengen, maar je kunt het niet verplichten te drinken").
Later dat jaar werd hij vicepremier in de regering-Di Rupo. Om die reden gaf hij diverse andere functies op, onder meer het voorzitterschap van Electrawinds, Telenet Oostende, EKO nv en AGHO Oostende.[5][6] Hij bleef beheerder van het Casino-Kursaal Oostende. Binnen de regering werd hij minister van Economie, Consumenten en Noordzee. In september 2014, terwijl de regering ontslagnemend was, nam hij de bevoegdheden Bestrijding van de Sociale en Fiscale Fraude van staatssecretaris John Crombez over.[7]
In 2015 werd hij door de Oostendse sp.a-afdeling aangeduid als burgemeester van die stad. Hij volgde Jean Vandecasteele op eind augustus dat jaar.[8][9] Dat jaar werd hij door de Partij van de Europese Sociaaldemocraten aangeduid als leider van de Europese High Level Group over energie, dat van energie een topprioriteit wil maken in Europa.[10]
Nadat hij actiever werd in de Oostendse lokale politiek, verliet Vande Lanotte in januari 2017 de nationale politiek en nam hij dus ontslag uit de Kamer.[11][12] Hij werd in de Kamer opgevolgd door Annick Lambrecht.[13]
Bij de lokale verkiezingen van 2018 werd hij herkozen als gemeenteraadslid, maar er werd een coalitie zonder sp.a opgezet, zodat Vande Lanotte geen burgemeester kon blijven. Hij besloot zich meer toe te leggen op zijn taak aan de UGent en werd ook onbetaald actief aan de UHasselt.[14] Ook ging hij niet in de Oostendse gemeenteraad zetelen.
Bij de federale verkiezingen van 2019 was hij lijstduwer voor de Kamer, maar hij raakte niet verkozen. Hij kreeg echter wel nog een rol bij de totstandkoming van een nieuwe federale regering: samen met Didier Reynders (MR) werd hij in de week na de verkiezingen door koning Filip gevraagd een rol als informateur op te nemen. Het duo aanvaardde en kreeg als opdracht te zoeken naar de uitdagingen, mogelijkheden en voorwaarden voor het vormen van een nieuwe regering, waarvan werd verwacht dat het door de verkiezingsuitslag moeilijk zou verlopen.[15][16] Op 7 oktober 2019 liep hun opdracht af.
Na de politiek
Na het informateurschap zei Vande Lanotte de politiek definitief vaarwel. Hij sloot zich als "Senior Legal Counsel" aan bij het advocatenkantoor van Walter Van Steenbrugge.[17] In die hoedanigheid nam hij de verdediging op zich van politica en sociaal onderneemster Sihame El Kaouakibi, die verdacht wordt van fraude.[18][19]
Controverses
In mei 2012 verscheen het boek De keizer van Oostende van VRT-onderzoeksjournalisten Wim Van den Eynde en Luc Pauwels, dat een beeld schetste van Vande Lanotte als een zeer machtig man in Oostende die zich zou schuldig maken aan belangenvermenging. Het boek beschrijft hoe Vande Lanotte als minister van de Noordzee het pad effende voor het bedrijf Electrawinds om de offshore windconcessies binnen te halen. Door het invoeren van een subsidieregeling met groenestroomcertificaten, het invoeren van speciale belastingregels voor windmolenparken[20] en het bemoeilijken van andere partijen die al langer met Belgische offshore projecten bezig waren (samenwerking van Electrabel en Jan De Nul), kon Vande Lanotte de positie van Electrawinds versterken en hen naar de felbegeerde concessies leiden. Hier zou Vande Lanotte door zijn voorzitterschap van Electrawinds rechtstreeks voordeel uit gehaald hebben.[21]
Het boek veroorzaakte veel beroering in de Vlaamse media. De auteurs, twee VRT-journalisten die onder eigen naam opereerden, werden voor een paar weken op non-actief gezet door hun werkgever.[22] Vande Lanotte reageerde met de publicatie van een lijst onjuiste of insinuerende verklaringen in het boek, en hij sprak de beschuldiging van belangenvermenging tegen.[23] De auteurs bleven evenwel overtuigd van de verklaringen in het boek.[24]
Hiermee was de geest van belangenvermenging uit de fles. Door de problemen bij Electrawinds, de regelmatige columns van Koen Meulenaere in De Tijd en de "open brieven" van zijn streekgenoot Jean-Marie Dedecker bleef de zaak Vande Lanotte jarenlang achtervolgen. In een opgemerkte aflevering van Terzake ontkende hij elke zweem van belangenvermenging in het dossier, en dreigde hij met juridische stappen tegen mensen die 'insinuaties blijven verspreiden'.[25] Begin 2014 kwam er dan inderdaad een eerste rechtszaak, tegen Jean-Marie Dedecker,[26] die zich in het dossier meermaals kritisch uitliet over zijn streekgenoot. Uiteindelijk kreeg Vande Lanotte ongelijk in deze rechtszaak en werd Dedecker vrijgesproken.[27]
Midden maart 2014 publiceerde Van Halewyck het boek Dwarsligger waarin Marc Descheemaecker als ex-spoorbaas een vergelijkbaar verhaal schetst.[28]
De nieuwe gemeentelijke comptabiliteit (met Jean Dujardin, 1990, 1994, 1999)
Inleiding tot het publiek recht (1994, 1997, 2001, 2003, 2007 en 2010)
Overzicht van het Belgisch Administratief Recht (met André Mast, Jean Dujardin en Marnix Van Damme, 1996, 1998, 2000 en 2002)
Het Europees verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens. In Hoofdlijnen (met Yves Haeck, Jan Lathouwers, Bruno Tobback en Mieke Van de Putte, 1997)
België voor beginners. Wegwijs in het Belgisch labyrint (met Siegfried Bracke en Geert Goedertier, 1998, 2000 en 2003)
Handboek Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (met Yves Haeck, 2004)