Een groot deel van het werk van Ibn Hazm bestaat uit het verwerpen van methoden van andere stromingen binnen de islam, zoals de Moe'tazilieten en de asj'arieten. Hij stelt dat alleen authentieke interpretatie van de Koran en de Hadieth zekerheid kunnen geven. Ibn Hazm heeft niet veel aanhang gekregen in Andalusië of daarbuiten.
Ibn Hazm ontwikkelde de theorie dat de christenen het evangelie vervalst zouden hebben. Met hem en na hem ontstond er een anti-christelijke houding bij vele islamitische auteurs.[1]
Naast boeken over recht en theologie schreef hij ook een bekende verhandeling over lichamelijke liefde, Ṭawq al-Ḥamāmah ofwel De ring van de duif.[2] Het manuscript (Or. 927) van dit werk wordt bewaard in de Universiteitsbibliotheek Leiden en is digitaal beschikbaar. [3]
Ibn Hazm stelde dat God niet door zijn eigen woord is gehouden en dat niets hem ertoe verplicht ons de waarheid te openbaren.[4]
In zijn Regensburglezing verwees paus Benedictus XVI naar Ibn Hazm om er het verschil tussen islam en christendom mee te kunnen illustreren.