Dit schema toont de 16 langst overgebleven clubs en de wedstrijden vanaf de 1/8ste finales. De 1/8ste finales worden net als de voorgaande rondes in één wedstrijd beslist. De kwartfinales en halve finales worden gespeeld met een heen- en terugmatch; de scores van beide wedstrijden worden telkens weergeven. De finale wordt gespeeld in één wedstrijd op neutraal terrein.
RSC Anderlecht had in het seizoen 1993/94 lange tijd met Club Brugge om de titel gestreden. Anderlecht trok uiteindelijk aan het langste eind en kroonde zich op de voorlaatste speeldag tot landskampioen. Blauw-zwart bleef met lege handen achter, maar kreeg een week na afloop van de competitie een herkansing in de bekerfinale. Club had in de competitie nooit verloren van Anderlecht (0-0 en 0-3) en maakte dus op papier het meeste kans.
De wedstrijd vond door verbouwingen aan het Heizelstadion plaats in het Stade Maurice Dufrasne. De politie nam extra maatregelen omdat er op voorhand gevreesd werd voor rellen tussen de rivaliserende supportersgroepen.
Anderlecht, dat vooral op de counter gevaarlijk was, strafte in de eerste helft een slecht pass van Dirk Medved af. Bruno Versavel omspeelde doelman Dany Verlinden en legde bal in het mandje. Na de rust kon Lorenzo Staelens, die in de competitie tegen paars-wit een hattrick had gescoord, gelijkmaken, maar zijn doelpunt werd afgekeurd. Meteen daarna diepte Luc Nilis op aangeven van Versavel de score verder uit. Na het afgekeurde doelpunt broken er in de tribune relletjes uit. Het bleef uiteindelijk 2-0, waardoor Anderlecht na de titel ook de beker in de wacht sleepte.