De Amerikaanse presidentsverkiezingen van 1804 waren de eerste die na de ratificatie van het twaalfde amendement op de Amerikaanse grondwet werden gehouden. Dit amendement gaf aan elke kiesman één stem voor de presidentsverkiezingen en een voor de keuze voor het vicepresidentschap, waarmee de controverse van de verkiezingen van 1800 werd tegengegaan.
Campagne
De campagne ging in 1804 tussen de zittende president Thomas Jefferson en zijn Federalistische rivaal Charles Cotesworth Pinckney.
Jeffersons populariteit was gedurende zijn eerste termijn gestaag gegroeid, onder andere door de aankoop van het Louisiana Territory. Het was daarom een vooruitgemaakte zaak dat hij door zijn partij als kandidaat voor herverkiezing naar voren werd geschoven. Jefferson benoemde George Clinton als zijn running mate (vicepresidentskandidaat), daarmee de zittende vicepresident Aaron Burr aan de kant schuivend.
Aan de zijde van de Federalisten werden Charles Cotesworth Pinckney en zijn running mate Rufus King genomineerd.
De Federalisten voerden een makke campagne en aanvallen tegen de president waren weinig succesvol. Uiteindelijk won Jefferson met groot gemak door 162 van de 176 kiesmannen achter zich te krijgen in het kiescollege. Jefferson won de kiesmannen van 14 staten en het merendeel van de kiesmannen van Maryland, terwijl Pinckney slechts in Connecticut en Delaware won en slechts 2 van de 11 kiesmannen van Maryland achter zich kreeg.
Presidentskandidaten
Vicepresidentskandidaten
Uitslag
Externe links