Midden augustus 1914 waren er in noordelijk en oostelijk Galicië voortdurend schermutselingen tussen verkenners en ruiters van Oostenrijk-Hongarije en Rusland. Beide landen mobiliseerden hun legers en bewogen ze naar de grenzen.
De bevelhebber van het Russisch Zuidwestelijk front, generaal Nikolaj Ivanov stuurde zijn 4e en 5e legers langs Lublin en Chełm naar de noordelijke grens van het koninkrijk Galicië en Lodomerië. Tot 23 augustus waren die troepen al 75 km op Duits grondgebied in Oost-Pruisen.
Oostenrijk-Hongarije had tegen 20 augustus de stad Miechów ten noorden van Krakau bezet zonder strijd, maar verder weinig gebied veroverd.
De stafchef van Oostenrijk-Hongarije, generaal graaf Franz Conrad von Hötzendorf gaf het eerste leger bevel om in de richting van Lublin contact met de vijand te zoeken, de tegenstander naar Brest te verdrijven en samen met een Duitse operatie in de richting van Siedlce de ongunstige toestand van Congres-Polen bij het front recht te trekken. Het 1e leger lag aan de San en trok op 20 augustus over de noordgrens van Galicië.
De linkerflank was gedekt door de oostelijke oever van de Weichsel en aan de westelijke oever bij Sandomierz trok de cavalerie van generaal Heinrich Kummer von Falkenfeld op. Het 4e Leger trok op langs de oostelijke flank.
De legers van Oostenrijk-Hongarije waren in de meerderheid en namen een betere uitgangsstelling in. Het 1e Leger telde 10,5 divisiesinfanterie en twee divisies cavalerie.
Het Russisch 4e leger beschikte maar over 6,5 divisies infanterie, maar wel met 3,5 divisies cavalerie ter versterking.
De generale staf van het gemeenschappelijk leger stuurde de groep van Heinrich Kummer von Falkenfeld van de westelijke oever van de Weichsel ter hulp, wat de stafchef van het Russisch zuidwestelijk front, Michail Aleksejev niet verwacht had.
De veldslag
Op 22 augustus beval generaal Dankl een offensief naar het noorden om naar Lublin door te breken.
Generaal Michail Aleksejev gaf te laat bevel tot spoed aan het achtergebleven 5e Leger van generaal Pavel von Plehve om de linker flank te komen dekken.
Op 24 augustus namen de 5e en 46e divisies Kraśnik in.
De 12e divisie van luitenant-veldmaarschalk Paul Kestranek dekte de westelijke flank tot aan de Weichsel