Na allerlei al dan niet succesvolle "experimenten" met buitenlandse trainers stelde het bestuur van Galatasaray SK voor dit seizoen oud-speler Fatih Terim aan als trainer; dit leidde meteen al tot succes: met een straatlengte voorsprong op Beşiktaş JK bemachtigde Galatasaray SK - met o.a. de Nederlandse international Ulrich van Gobbel en de Roemeense international Gheorghe Hagi in z'n gelederen - zijn elfde titel, het begin van een ongekend succesvolle periode. Topscorer werd Gala'sHakan Şükür die het net van de tegenstander 38 maal liet trillen en daarmee tevens de Bronzen Schoen won. In Europa scoorden dat seizoen alleen Ronaldo en de latere Galatasaray-spits Mário Jardel vaker.
Kocaelispor won z'n tweede en - tot nu toe - laatste beker door in de finale gedecideerd af te rekenen met Beşiktaş JK: 4-0.
Aan het eind van het seizoen leverde de stad İstanbul twee van haar zes Süper Lig-teams in: Sarıyer GK en Zeytinburnuspor konden het bij hun hernieuwde kennismaking met de top niet bolwerken; tot op heden zijn ze niet teruggekeerd in de hoogste divisie van het land. De derde nieuwkomer was Çanakkale Dardanelspor: de 55ste ploeg die de Süper Lig wist te bereiken. De naam Çanakkale roept bij alle Turken warme gevoelens op; groot was daarom het gevoel van opluchting toen de plaatselijke trots nét in de Turkse "eredivise" bleef. De derde degradant was dit jaar Denizlispor.