Ongewervelden of invertebraten zijn dieren zonder een wervelkolom of ruggengraat, in tegenstelling tot vertebrata ofwel gewervelden. De gewervelden en ongewervelden vormen samen het gehele dierenrijk.
Het belangrijkste onderscheid tussen gewervelden en ongewervelden is de aanwezigheid van een verstevigde kolom van wervels rond de centrale zenuw, die bij de ongewervelden ontbreekt. De gewervelden hebben zich ontwikkeld uit de ongewervelden en zijn in vergelijking daarmee sterk in de minderheid. Ongeveer 98% van alle diersoorten wordt tot de ongewervelden gerekend. Nochtans is het geen coherente groep dieren. Veel leden van deze groep zijn meer verwant met de gewervelde dieren dan met andere ongewervelden.
Verwar de wervelkolom niet met een chorda. Sommige chordadieren hebben een chorda die niet tot een wervelkolom uitgroeit. Een voorbeeld hiervan is het ongewervelde lancetvisje.
De ongewervelde dieren vormen in strikte zin geen taxonomisch niveau, maar een parafyletische groep. De ongewervelden bestaan uit een verzameling van verschillende stammen en onderstammen.
Tot de ongewervelden behoren de volgende (onder)stammen:
De eigenschap die elke ongewervelde gemeenschappelijk heeft, is de afwezigheid van een wervelkolom. Omdat alle ongewervelden tot het dierenrijk behoren, zijn ze alle heterotroof (hebben andere organismen nodig als voedingsbron) en eukaryoot. Gezien hun taxonomische diversiteit, zijn ze onderling heel verschillend wat betreft lichaamssymmetrie, segmentatie, gelede aanhangsels, spijsverteringsstelsel...