Hij was minister van Justitie in 1938-1939 in de regering Spaak. Op 28-29 mei 1940 werkte hij in Brugge, samen met Raoul Hayoit de Termicourt en Albert Devèze, aan een grondwettelijk advies voor de koning. Het werd een nota die een aanzienlijke invloed zou hebben op het verder verloop van de gebeurtenissen. Enerzijds gaven ze aan de koning gelijk dat hij als bevelhebber van het leger tot capitulatie had beslist, ook zonder handtekening van een regeringslid, maar anderzijds stelden ze vast dat hij zich, als gevangene, in de onmogelijkheid had gesteld om nog te regeren. Hoofdzakelijk was het deze nota die er koning Leopold III van weerhield een nieuwe regering aan te stellen.
Eerste minister
Hij was eerste minister van 16 augustus 1950 tot 15 januari 1952, na de Koningskwestie en het aftreden van Leopold III.
In de regering-Van Houtte van zijn opvolger, was hij in 1952 nog enkele maanden minister van Justitie, tot hij onder druk van de publieke opinie moest aftreden naar aanleiding van de zaak rond de oorlogsmisdadiger Richard De Bodt.
Considérations sur le testament politique du Roi du 25 janvier 1944, Elsene, z.d.
En URSS avec les parlementaires belges, in: Revue Générale de Belgique, 1955.
Souvenirs des derniers jours de mai 1940, in: Revue Générale de Belgique, 1961.
Literatuur
Theo LUYCKX, Politieke geschiedenis van België, Brussel-Amsterdam, 1964.
Paul VAN MOLLE, Het Belgisch Parlement, 1894-1972, Antwerpen, 1972.
Jan VELAERS en Herman VAN GOETHEM, Leopold III. Het land, de koning, de oorlog, Tielt, 1992.
Trivia
In de stripreeks Nero door Marc Sleen had Pholien in het album "De Bende van de Zwarte Kous" (1952) een klein cameo. Madam Pheip lift in strook 92 mee met een stomdronken man wiens auto vol champagneflessen ligt en zich al lallend voorstelt als "Foljijn".