De Beweging van de 26ste juli (Spaans: Movimiento 26 de Julio, afkorting M-26-7) was de benaming van een door Fidel Castro geleide revolutionaire organisatie ten tijde van de Cubaanse Revolutie.
De M-26-7 verwijst naar de datum 26-7-1953 waarop Castro en diens guerrilla's een aanval deden op de Moncadakazerne in Santiago de Cuba. De bedoeling was om de kazerne te veroveren, de wapens buit te maken en vervolgens de bergen in te vluchten en vandaaruit een guerrillastrijd te voeren tegen het regime van president Fulgencio Batista. De aanval op de Moncada Kazerne mislukte en velen van Castro's volgelingen vonden de dood. Castro en enkele getrouwen wisten nog te ontkomen, maar werden spoedig daarna gearresteerd en belandden in de gevangenis. Op 15 mei 1955 kwam Castro als gevolg van een algemene amnestie vrij en op 12 juni 1955 maakte hij de oprichting van de 'Beweging van de 26ste juli' bekend. Castro ging kort daarop in ballingschap in Mexico (7 juli 1955) en ontmoette daar o.a. Che Guevara. Castro werd de leider van de M-26-7.