In his music Roukens strives to move away from modernist dogmas in search for a more direct and eclectic idiom in which present and past, tonality and atonality, classical and non-classical influences can coexist in a natural way. In doing so, he tries to be open to as many different kinds and styles of music as possible, whether it be new styles or old styles, high culture or vernacular culture, ‘serious’ or popular music, western music or non-western music.[1][2] For a long time, Roukens has also been active in pop music.
References
^ abGrijp, Louis (2006). "IJkjaar 2000". Een muziekgeschiedenis der Nederlanden: een vervolg, 2000-2005. Amsterdam University Press. p. 920. ISBN978-90-5356-903-0. Een ander jeugdig talent is Joey Roukens (Schiedam, 1982), leerling van Klaas de Vries. Roukens' combinatie van een veelheid van oude en nieuwe, westerse en oosterse stijlen, waaronder popmuziek, en een open mind voor multimediale presentatie, is typisch voor zijn generatie.
^Wennekes, Emile (2003). "Rotterdamse Muziek: idioom of ideaal?". Ons Erfdeel (1): 112. Onder hen de talentvolle Joey Roukens die in zijn muziek even eenvoudig tegen Bach als tegen popmuziek aanschurkt.